De rots van Gibraltar. Brits overzees gebied met een landingsbaan van Spanje gescheiden, omringt door de middellandse zee. Enorm toeristisch natuurlijk, maar daar in Gibraltar wilden ook wij geweest zijn.
Na de douanecontrole en entree over het vliegveld, liepen we door de winkelstraat naar de kabelbaan. Bizar om overal Engels te horen, prijzen in pond te zien en natuurlijk de bekende rode telefooncellen en brievenbussen.
Op luie toeristische wijze gingen we de 460m hoge “apenrots” omhoog. Jara en Stijn konden niet wachten daar de eerste apen te zien, vaste bewoners van de rots van Gibraltar. Zodra we de kabelbaan uitstapte, zaten ze al te wachten. Elkaar vlooiend, relaxend op de rotsen, arrogant aankijkend of gewoon liggend midden op het pad. Overal waren ze. Duidelijk hun thuis waar wij op bezoek waren.
Naast aapjes kijken, was het uitzicht om geen genoeg van te krijgen. Vele schepen varend door de straat van Gibraltar, Marokko aan de overkant, de rots omringt door blauwe zee en het leven in de stad als miniaturen om de rots heen. En van dat uitzicht keek je dan zomaar weer terug recht in de ogen (of billen) van een aap, op en top genieten dus 😉.
Vele kilometers liepen we bovenop de rots naar alle uitkijkpunten, maar ook door tunnels uit de 2e wereldoorlog en een fabelachtige grot. Een drankje in een Engelse pub kon niet ontbreken.
Uren vermaakten we ons daarboven, iets wat we nooit hadden verwacht. Niet voor niets toeristisch, wat hebben wij daar genoten.