Op naar waar Roemenië toch het meest bekend om staat, ruige natuur in de (nu groene maar meestal witte) bergen.
Al hobbelend reden we ons eerste plekje in de Karpaten tegemoet. Op een open vlakte, omgeven door de groene bergen, her en der een houten huisje, vele koeien en verder helemaal niets, parkeerden we ons huis. Deze rust, weidse uitzichten en stilte voelen voor ons alle vier zo ontzettend goed. Hier staat de tijd stil, wat een intens fijn gevoel.
De bekendste waterval van Roemenië, Horses’ Falls, lag in het dal onder ons. We liepen daarmee van rust binnen een half uur in de toeristische drukte. Een enorm contrast. Voor even helemaal prima, een waterval is altijd heerlijk om te zijn en zeker weer prachtig. Daarna weer lekker terug naar ons plekje op de berg, daar waar we ons nu thuis voelen.