On the road op Bonaire.
Na een nacht vol enorme tropische buien, gingen we vandaag eindelijk echt toeren over het eiland. Het rondje “noord” als eerste.
De route richten het noorden van Bonaire brengt je als eerste langs vele prachtige blauwe (koraal)stranden en duikplaatsen. 1000 steps is de meest bekende, waar je ook heel goed kunt snorkelen. Het voelt al rijdend alsof je in het wilde westen bent, met de mega cactussen, rotswanden en het Gotomeer. Wel het wilde westen met flamingo’s dan, want die staan meestal in het meer te pronken.
De weg brengt je na het meer door Rincon, het oudste dorp van Bonaire. Deze keer stopte we daar niet, maar wel de plek waar je het echte Bonairiaanse leven kunt ervaren.
Verder rijdend na Rincon wordt het wilde westen gevoel nog eens versterkt. Aan deze noordoost kant van Bonaire vind je meerdere indianen inscripties in grotten. Tegenwoordig beschermd met een hek, maar alsnog bijzonder om te zien. Wij gingen naar die de meest bekende bij Boko Onima, tevens een mooie baai.
Inmiddels hadden we flinke trek, dus gingen we lunchen in Kralendijk. Nu bij Karels bar aan zee, een begrip op Bonaire en niet te missen als je langs de zee door het dorp rijdt.
We hadden nog niet genoeg van onze roadtrip in Bonaire style en dus besloten we nog verder naar het zuiden te rijden voor Lac Cai. Een ondiepe bai omringt door mangrove, met een mooi zandstrand en ideaal om te zwemmen. Vele zonsondergangen en strandmiddagen hebben wij hier doorgebracht. Helaas in het regenseizoen niet alleen de “kraamkamer” voor vele jongen zeedieren, maar ook voor muggen. We werden helemaal lekgeprikt, dus bleven deze keer niet lang. Gelukkig was de route over de onverharde weg heen en terug al een gaaf avontuur op zich. Zeer langzaam rijdend in de achterbak is voor ons het echte Bonaire gevoel (uiteraard doen we dat niet op de gewone wegen). Tip in deze hoek van Bonaire is ook nog het kanoën door de mangrove, als je houdt van rust en wildlive. Wij slaan dat deze keer even over.
Wat is Bonaire toch prachtig!